Krishnamurti Subtitles home


SA81Q1 - Eerste Vraag-en-antwoord bijeenkomst
Saanen, Zwitserland
29 juli 1981



0:40 Krishnamurti: Het is een prachtige ochtend, voor de verandering. En ik hoop dat je hebt genoten van het kijken naar de lange schaduwen vanmorgen.
1:01 We hebben veel vragen binnengekregen. We hebben ze niet geteld, maar het moeten er meer dan honderd zijn geweest. Daaruit hebben we er een paar gekozen, niet omdat ze gemakkelijk te beantwoorden zijn of omdat we ze graag willen beantwoorden, maar we hebben er een paar uitgekozen die representatief kunnen zijn voor sommige vragen die zijn gesteld. Er waren, als ik dat zo mag zeggen, nogal rare vragen bij, maar dit zijn de vragen die we verzameld hebben en vanochtend zullen stellen.
2:02 Als je een vraag stelt, is het antwoord dan belangrijker dan de vraag zelf? Als je alleen oog voor het antwoord hebt, zie je de vraag over het hoofd. Maar in de vraag zelf, als we die grondig onderzoeken, zit het antwoord besloten. In de vraag zelf. En hoe je de vraag benadert is het allerbelangrijkst, niet om een vrij slim of niet zo slim antwoord te vinden of een antwoord dat waardevol is of persoonlijk. Houd dus voor ogen dat we samen, en ik zeg weer met klem sámen, dat we de vraag samen aan het onderzoeken zijn. En uit die vraag, door het onderzoeken van die vraag, komt onvermijdelijk het antwoord. Deze ochtend zijn er tien vragen. Ik weet niet of we alles kunnen beantwoorden, maar dat proberen we.
3:45 Eerste vraag: wat bedoelt u met inzicht? Is het iets anders dan intuïtie?
3:54 Wat bedoelt u met inzicht? Is het iets anders dan intuïtie?
4:08 Wat bedoelen we met intuïtie? Dat je een ingeving hebt, een gevoel dat iets het juiste is. En intuïtie is ook dat je sensitief bent, dat je iets opvangt dat geconditioneerd kan zijn, dat persoonlijk kan zijn, het kan een verlangen zijn, de vervulling van een wens. We moeten duidelijk en voorzichtig zijn met het woord 'intuïtie', omdat het je eigen onbewuste wens kan zijn, je eigen verlangen dat er iets gebeurt of een plotseling gevoel dat dit het juiste is om te doen. Maar ik denk dat inzicht iets anders is. Zullen we daar samen op ingaan?
5:34 De wetenschappers, de natuurkundigen, de technologische mensen hebben inzicht in een uitvinding. Ze zien iets nieuws. Is dat inzicht gedeeltelijk of is een inzicht alomvattend? Begrijpt u? Ik hoop dat we dit samen doen. Ik heb misschien inzicht, omdat ik ingenieur ben, in de bouw van een brug. En volgens dat inzicht ga ik te werk. Omdat dat inzicht heel sterk is, pas ik al mijn kennis toe, zodat die in overeenstemming is met die kennis, met dat inzicht. Maar is dat inzicht gedeeltelijk? Een dichter, schilder, musicus kan inzicht hebben, maar dat is nog steeds gedeeltelijk. Als we het woord 'inzicht' gebruiken, bedoelen we inzicht in de hele dynamiek van het leven, niet in een stukje ervan. Laten we dus samen uitzoeken wat we met inzicht bedoelen, hoe het plaatsvindt - als u daarin bent geïnteresseerd. Want dat zou de oplossing van onze problemen kunnen zijn, vooral van de psychologische problemen die ons zo enorm veel leed bezorgen in ons leven. Laten we dus samen uitzoeken wat we met inzicht bedoelen.
8:14 Ik vraag me af, en vraagt u zich dat alstublieft ook af, of inzicht een kwestie van herinnering is. We hebben enorm veel kennis verzameld, op psychologisch of fysiek gebied, en die kennis kan, ondanks de beperking ervan, iets heel duidelijk zien. Maar die kennis bevindt zich altijd binnen het veld van onwetendheid, omdat er geen volledige kennis over wat dan ook bestaat, met inbegrip van kennis over jezelf. Als er een inzicht is op grond van beperkte kennis, moet dat inzicht ook wel beperkt zijn. Dus met dat woord 'inzicht' bedoelen we niet dat het voortkomt uit kennis. Kennis is dat wat je kunt bestuderen, bijvoorbeeld: je kunt de religies vergelijken, de verschillende sekten, de verschillende rituelen, enzovoort, je kunt ze onderzoeken, bestuderen en een conclusie trekken. Die conclusie kan rationeel zijn, zinnig, logisch, maar ze is gebaseerd op de activiteit van het denken en daardoor beperkt. En die conclusie moet natuurlijk ook beperkt zijn. Dat is duidelijk. Terwijl inzicht helemaal niets te maken heeft met kennis. Het heeft niets te maken met herinnering, maar je hebt inzicht, zeg maar, in alle verschillende religies met hun rituelen, regels, dogma's, overtuigingen enzovoort, als je daar inzicht in hebt, zie je dat ze allemaal op elkaar lijken. Nietwaar? Ze zijn allemaal gebaseerd op gedachten en daarom zijn alle religies beperkt. Je ziet dat in een ogenblik, het is geen logische conclusie en handeling, maar de alomvattende waarneming van alle religieuze activiteiten in de wereld. Inzicht daarin betekent dat je ziet dat ze in wezen beperkt zijn omdat ze zijn gecreëerd en uitgevonden door het denken.
11:49 Op dezelfde manier kun je inzicht hebben in je relaties, wat veel moeilijker is. Onze relaties zijn nu gebaseerd op beelden, op hoop en genot, angsten enzovoort, in wezen gebaseerd op de beelden die onze gedachten in een bepaald tijdsbestek, wat een dag of tien jaar kan zijn, hebben gevormd. Daar inzicht in hebben, dat wil zeggen, dat relaties zijn gebaseerd op beeldvorming betekent dat de beelden worden verdreven. Ik hoop dat je dit een beetje kunt volgen.
12:59 Stel dat ik getrouwd ben of een vriendin heb. Mijn relatie is feitelijk gebaseerd op mijn persoonlijke voorkeur en afkeer, mijn persoonlijke aantrekkingskracht, seksueel of anderszins, de invloeden van de omgeving, de biologische behoeften en ik ga met een ander een relatie aan die daarop is gebaseerd. Dat spreekt voor zich. Is het mogelijk om inzicht te hebben in het hele proces van een relatie zonder tot de conclusie te komen dat ik beelden heb, daarmee moet afrekenen, hoe ik dat moet doen enzovoort, maar er inzicht in hebben, wat betekent dat je ziet wat het wezenlijk is, wat het fundamenteel is. En als je dat diepe inzicht hebt, is de handeling die uit dat inzicht volgt veel logischer, veel zinniger en heeft een oorspronkelijke kwaliteit, namelijk liefde. Ik hoop dat u dit allemaal kunt volgen. Nietwaar?
14:48 Om een heel simpel voorbeeld te nemen: elke vorm van nationalisme is een verheven vorm van stambewustzijn. Nietwaar? Elke nationaliteit, elke natie, Amerikaans, Russisch of wat dan ook, is veredeld stambewustzijn. Zodra je ziet dat het heel beperkt is, een bekrompen gevoel dat de mensheid verdeelt, als je daar inzicht in hebt, ben je vrij van elk stambewustzijn. Nietwaar? Volgt u dit? Of als je inzicht hebt in de kwestie van gehoorzaamheid en volgen, of het nu gehoorzaamheid is aan een goeroe, een priester, aan een wet of zo, als je diep inzicht hebt in wat volgen en gehoorzaamheid inhoudt, zal je dan nog gehoorzamen, iemand volgen? Natuurlijk zal je je aan de wet houden, of die nu goed of slecht is stellen we niet ter discussie, hoe ver je daarin wel of niet kunt gaan is nu even niet het probleem. Maar het hele idee van volgen en gehoorzamen. Ik doe wat een arts zegt, ik doe wat een chirurg zegt en als ik niet al te neurotisch ben en de politieagent niet te onbeschoft, doe ik wat hij zegt. Maar het hele psychologische verlangen, waartoe ook de zekerheid van het volgen behoort. Als ik iemand volg, voel ik me veilig, of dat nu een psychiater is of een priester of mijn vrouw of man of wie dan ook, je voelt je veilig. Zo is het toch? Als je daar nu inzicht in hebt, in een geest, een brein dat geconditioneerd is om te volgen, dan zal het gevoel en de drang om te volgen meteen helemaal wegvallen.
18:26 Dus inzicht ontstaat niet door wilskracht, door verlangen, door herinneringen. Het is ogenblikkelijk zien en daardoor handelen. Nu we het over 'zien' hebben: is het mogelijk om waar te nemen zonder het woord - probeer het, doe het terwijl we erover praten en je zult het zien - is het mogelijk om een boom, een persoon, de spreker waar te nemen zonder het woord? Het woord dat naar alle herinneringen verwijst, de reputatie, wat je nog weet, het woord dat dat allemaal inhoudt. Als je weet dat het woord niet het ding is, kun je dan waarnemen zonder het woord? Nietwaar? En als je waarneemt, verschilt de waarnemer dan van wat je waarneemt? Je ziet die boom. In dat geval verschilt de waarnemer, hoop ik, van de boom. Nietwaar? De waarnemer is niet de boom. Het zou vrij neurotisch zijn als je zegt: 'Ik ben de boom.' Maar de boom waarnemen zonder hem een boom te noemen, zonder de naam. De naam en alles wat met die naam wordt geassocieerd, is de traditie, de herinnering, het verleden, dat zegt: 'Dat is de boom'. Ernaar kijken zonder dat dat alles werkzaam is, nietwaar? Doe het alstublieft terwijl we dit bespreken. En kun je jezelf waarnemen zonder het woord, zonder alle associaties die met dat woord zijn verbonden, ernaar kijken? En als je op zo'n manier kijkt, verschilt de waarnemer dan van het waargenomene? Wacht, ik laat het u zien.
21:49 Er komt een gevoel van boosheid in me op. Verschilt die boosheid van mij? Of ben ik boosheid? Maar wat het denken even later doet, is zeggen: 'Ik ben boos geweest', en dat betekent dat ik mezelf heb losgemaakt van die boosheid. Kunt u dat volgen? Terwijl het feitelijk zo is dat er alleen maar boosheid is, dat gevoel. Er is geen waarnemer die verschilt van het waargenomene. Dat verschil ontstaat pas daarna. Uit dat verschil komen al onze conflicten voort. Nietwaar? Is het dus mogelijk om waar te nemen zonder het woord, zonder alle herinneringen die met dat woord zijn verbonden? Alleen dan is de waarnemer het waargenomene en daardoor wordt de scheiding die voor conflicten zorgt, volledig ongedaan gemaakt. Door daar inzicht in te hebben maak je een eind aan de scheiding.
23:44 Tweede vraag: hoe kan het idee dat jij de wereld bent en je volledig verantwoordelijk bent voor de hele mensheid op een rationele, objectieve, zinnige manier worden verklaard?
24:01 Hoe kan het idee dat jij de wereld bent en je volledig verantwoordelijk bent voor de wereld, op een rationele, objectieve, zinnige manier worden verklaard?
24:25 Ik weet niet zeker of het beredeneerd kan worden op een verstandige, objectieve manier. Maar we zullen het eerst onderzoeken voordat we zeggen ...
25:02 Om te beginnen, de aarde waarop we leven is onze aarde. Nietwaar? Het is niet Britse aarde, Franse aarde of Duitse, Russische, Indiase, Chinese aarde, maar onze aarde waarop we allemaal leven. Dat is een feit. Maar het denken heeft haar verdeeld in volkeren, geografisch, cultureel, economisch. Het is duidelijk dat die verdeeldheid van de wereld een puinhoop maakt. Dat valt niet te ontkennen. Dat is rationeel, objectief, verstandig. Zo is het toch? En we hebben steeds gezegd, mensen leven op deze aarde, die onze aarde is, van ons allemaal, niet van geïsoleerde gemeenschappen die van elkaar gescheiden zijn, het is onze aarde waarop we allen leven, hoewel we haar politiek en economisch hebben verdeeld, uit veiligheid, om allerlei vaderlandslievende, bedrieglijke redenen, die uiteindelijk oorlog veroorzaken.
26:35 We hebben ook gezegd dat het menselijk bewustzijn - doe alstublieft mee, u hoeft het er niet mee eens te zijn, u mag het allemaal onzin vinden, maar luister er alstublieft naar en kijk of dit niet rationeel is, objectief en verstandig. Alle bewustzijn van mensen is hetzelfde. Wij allemaal, in welk deel van de wereld we ook wonen, we doorstaan allemaal heel veel leed, heel veel pijn, grote bezorgdheid, onzekerheid en angst. En soms of misschien vaak hebben we plezier. Dit is de gezamenlijke grond waarop alle mensen staan. Nietwaar? Dat is een niet te weerspreken feit. We kunnen proberen het te vermijden of te ontkennen, ik ben een individu, enzovoort, maar als je er objectief naar kijkt, niet persoonlijk, niet als Brit, Fransman enzovoort, ontdek je tijdens je onderzoek dat ons bewustzijn lijkt op het bewustzijn van alle mensen, in psychologisch opzicht. Misschien ben je lang en blond, misschien heb je lang haar, en ik ben misschien zwart of wit of roze of wat dan ook, maar innerlijk, psychologisch hebben we het allemaal heel moeilijk. We hebben allemaal een sterk gevoel van wanhopige eenzaamheid. Misschien heb je kinderen, een man en dergelijke, maar als je alleen bent heb je dat gevoel dat je geen relatie hebt met wat dan ook, dat je volkomen geïsoleerd bent. Ik weet zeker dat de meesten van ons dat gevoel hebben gehad. En ik zeg dat dit de gemeenschappelijke grond is waarop de hele mensheid staat. Voor alles wat er gebeurt op het gebied van dit bewustzijn, zijn wij verantwoordelijk. Dat wil zeggen dat als ik gewelddadig ben, ik geweld toevoeg aan dat bewustzijn, dat we allemaal gemeenschappelijk hebben. Als ik niet gewelddadig ben, voeg ik er niets aan toe, maar breng ik in dat bewustzijn een hele nieuwe factor in. Dus ik ben ten diepste verantwoordelijk, ofwel voor mijn bijdrage aan dat geweld, die verwarring, die verschrikkelijke verdeeldheid, ofwel dat ik ten diepste inzie, in mijn hart, in mijn bloed, met mijn hele wezen, dat ik de rest van de wereld ben. Ik ben de mensheid, de wereld, de wereld staat niet los van mij. Dan word ik natuurlijk volkomen verantwoordelijk. en dat is rationeel, objectief, zinnig. Het andere is onzinnig, dat je jezelf hindoe noemt, boeddhist, christen en dat soort dingen - het zijn maar etiketten.
31:10 Dus als je dat gevoel hebt, de echtheid, de waarheid dat ieder mens die op deze aarde leeft niet alleen verantwoordelijk is voor zichzelf maar voor alles wat er gebeurt, hoe ga je dat in het dagelijks leven gestalte geven? Nietwaar? Hoe ga jij dat gestalte geven? Als je dat gevoel heb, niet de intellectuele conclusie in de vorm van een ideaal enzovoort, want dan is het niet echt. Maar als het voor jou de waarheid is dat je op de grond staat die de hele mensheid met elkaar deelt en je voelt je volkomen verantwoordelijk, hoe handel je dan ten aanzien van de maatschappij, ten aanzien van de wereld waarin je werkelijk leeft? De wereld zoals die nu is, is vol geweld. Zo is het toch? En alleen heel erg weinig mensen ontkomen daaraan, omdat ze zorgvuldig bewaakt en beschermd worden en zo. Je beseft, stel dat ik besef dat ik volkomen verantwoordelijk ben, hoe handel ik dan? Ga ik me aansluiten bij een groep terrroristen? Natuurlijk niet. De wedijver tussen de naties is bezig de wereld te vernietigen, de machtigste en de minder machtige, en wie minder macht heeft probeert machtiger te worden, en dat is wedijver. Niet alleen nationaal, wat de wereld vernietigt, maar zal ik in het besef dat ik de rest van de mensheid ben en me volledig verantwoordelijk voel, zal ik vol wedijver zijn? Geef alstublieft antwoord op deze vragen. Als ik me hiervoor verantwoordelijk voel, houd ik natuurlijk op met wedijveren. En de wereld is ook, zowel de religieuze als de economische, de sociale wereld, gebaseerd op het principe van hiërarchie. Zal ik ook uitgaan van deze hiërarchische opvatting? Nietwaar? Natuurlijk niet, want dat betekent weer dat iemand zegt: 'Ik weet het,' en de ander zegt: 'Ik weet het niet'. Degene die zegt: 'Ik weet het,' neemt dan een hogere positie in, economisch, sociaal, religieus en heeft status. Als je die status wilt, doe je best, maar dan draag je bij aan de verwarring in de wereld.
35:21 Er zijn dus werkelijke, objectieve, zinnige acties als je inziet, als je beseft, diep in je hart, met heel je wezen dat jij de rest van de mensheid bent en dat we allemaal op dezelfde grond staan.
35:54 Derde vraag: u gebruikt de term 'psychologische tijd'. Dat is moeilijk te begrijpen. Waarom zegt u dat psychologische tijd de bron van conflict en verdriet is?
36:14 U gebruikt de term 'psychologische tijd'. Dat is moeilijk te begrijpen. Waarom zegt u dat psychologische tijd de bron van conflict en verdriet is?
36:42 Laten we samen stilstaan bij wat tijd is. Tijd volgens de klok, tijd volgens zonsopkomst en zonsondergang, tijd in de vorm van gisteren, vandaag en morgen, waarbij morgen honderd jaar later kan zijn en gisteren honderd jaar eerder, en vandaag is de tijd dat we hier zitten te luisteren. Dat is fysieke tijd in het verwerven van kennis, in de zogenaamde evolutie. Om een taal te leren is tijd nodig, om dokter te worden is tijd nodig, om auto te rijden, is tijd nodig. Nietwaar? Dat spreekt voor zich. Hebben we dat idee van tijd, dat we op een natuurlijke, logische manier hebben ingesteld omdat ik tijd nodig heb om een techniek te leren, hebben we dat principe van tijd overgedragen op de psychologische wereld? Doet u met mij mee? Begrijpt u het? Doen we dit samen? Of praat ik tegen mezelf. Nietwaar?
38:28 Ik stel de vraag: je beseft dat tijd nodig is om een vaardigheid te verwerven, maar hebben we dat principe overgedragen op psychologisch gebied? Of bestaat psychologische tijd op zichzelf? Niet dat we die hebben overgedragen, maar dat tijd als psychologisch evolutionair proces, dat tijd op zichzelf bestaat. Volgt u dat?
39:34 Laten we alstublieft op dat punt duidelijk zijn: bestaat er op zichzelf, van nature tijd op het psychologische vlak? Of hebben we die van de factor tijd die nodig is om een vaardigheid te leren overgedragen op de psychologische wereld? Zodat er twee problemen zijn. Dat wil zeggen, bestaat psychologische tijd op zichzelf of hebben wij dat geïntroduceerd? Omdat we op die manier zijn geconditioneerd, daarom reageren we in psychologisch opzicht op dezelfde manier. Is dat duidelijk?
40:36 Het spreekt vanzelf dat we tijd nodig hebben om een vaardigheid te leren. Nu vragen we: is tijd onlosmakelijk verbonden met de psychologische structuur, de psychologische toestand? Of heeft het denken er het element tijd ingebracht? Kunnen we elkaar volgen? Is het te moeilijk? Vraagsteller: Nee.
41:19 K: Goed? Mag ik doorgaan?
41:22 V: Er is een vraag ...
41:24 K: Wacht even, meneer, laten we hier langzaam op ingaan. Ik hoop dat u ook aan het werk bent en niet alleen luistert.
41:35 V: (onhoorbaar)
41:44 K: Daar kom ik nog op, meneer, een ogenblik. Daar komen we nog op. Het is prima, meneer, neem de tijd. Heb even geduld.
42:08 Geduld kent geen tijd, ongeduld kent tijd. Nietwaar? Als je geduldig bent, ben je stil en luister je. Maar als je ongeduldig bent en zegt: 'Laten we doorgaan', komt het tijdelement erbij. Dat spreekt vanzelf. Dus laat ons hier op een sensitieve manier naar kijken, zeg niet: 'U hebt gelijk', 'Ik heb ongelijk', enzovoort, maar laten we deze vraag op een sensitieve manier benaderen. Heeft het denken het hele idee van tijd in de psychologische sfeer geïntroduceerd? Of zit tijd al in de aard van de psyche zelf? Om te beginnen, psychologisch gezien heeft het denken, dat deel uitmaakt van de psyche, de tijd geïntroduceerd. Ik ben dit, ik zal dat zijn. Ik ben boos, ik zal eroverheen komen. Ik heb geen succes, maar dat zal ik krijgen. Die hele beweging is denken. De afstand die wordt afgelegd van wat ik ben naar wat ik zal zijn. De afstand tussen mij zoals ik ben en zoals ik zal zijn. Tijd is dus de ruimte die moet worden overbrugd om dat te bereiken. Dat hele proces is tijd. Ik ken mezelf niet, ik moet over mezelf leren, mezelf kennis bijbrengen. Hetzelfde is werkzaam als het gaat om vaardigheden. Ik ga over mezelf leren en dat haalt de tijd erbij. Nietwaar? De vraag is dus: tijd is een factor van het denken, het denken is de weerslag van ervaring, kennis, herinneringen die in het brein zijn opgeslagen. En de respons van herinneringen is het denken. Dat is opnieuw een duidelijk feit. Als je geen ervaring zou hebben, geen kennis, verkeer je in een toestand van amnesie of hoe je het ook wilt noemen. Maar omdat we op psychologisch gebied veel kennis hebben verzameld, hebben we die in het brein opgeslagen in de vorm van herinneringen en denken.
45:36 Dus dit hele proces van kennis verzamelen over jezelf, leren over jezelf, geleidelijk informatie vergaren over jezelf, houdt allemaal tijd in. Er is dus de psychologische tijd en de tijd volgens de dagen en het horloge. Chronologische tijd en psychologische tijd. Dat is weer een feit. Maar los daarvan, is dit tijdselement onlosmakelijk met de psyche verbonden? Dus het zijn en het worden. Nietwaar? Ik formuleer het op verschillende manieren. Is deze kwestie van tijd onlosmakelijk verbonden met het ik, dus met de psyche? Trek alstublieft niet te snel een conclusie. Dat wil zeggen, in mij bevindt zich een tijdloze toestand. Dat is niet wat ik zeg. Het is de oude traditie. Ik zeg dat niet, maar ik vraag
47:13 of het ik vrij is van tijd? Nietwaar? Natuurlijk niet. Het ik - mijn familie, mijn natie, mijn karakter, mijn capaciteit, mijn eenzaamheid, mijn wanhoop, al mijn geploeter in het bestaan, ben ik. Het ik dat zal sterven, het ik dat leeft, dat naar kantoor gaat, naar het lab, de fabriek of wat dan ook. Dat alles is de activiteit van het denken, en daar hoort het ik bij. Het 'ik' is mijn uiterlijk, mijn naam, het beeld dat ik over mezelf heb, als ik er een heb, wat ik heb gedaan en wat ik wil doen, enzovoort. Dat alles ben ik, en dat is mijn bewustzijn. De inhoud van dat bewustzijn is daar door het denken ingebracht en dat is tijd. Nietwaar?
48:52 Er is dus psychologische tijd, die de beweging van het denken is, angst, plezier, pijn, leed, vreugde, zogenaamde liefde, dat alles is de beweging van het denken, het denken dat herinnering is, ruimte, tijd, het bereiken van iets. Wij zeggen nu - heb even geduld - wij zeggen dat de psychologische tijd een van de oorzaken is van conflict en verdriet. De vraagsteller wil weten: waarom zegt u dat? Zoals we er in deze toespraken op hebben gewezen, ligt het denken ten grondslag aan angst. Het denken ligt ten grondslag aan plezier. Gisteren had ik plezier, de herinnering en het verlangen om dat morgen voort te zetten, dat is de beweging van het denken. En verdriet, zoals we zeiden is verdriet in wezen geïsoleerd zijn. Verdriet is het resultaat van egocentrische, egoïstische activiteit. We formuleren het alleen op een andere manier. Het denken is hier dus verantwoordelijk voor. En het denken is natuurlijk tijd. Is het dus mogelijk om vrij te zijn van psychologische tijd, want die schept verdeeldheid. En waar verdeeldheid is, moet er conflict zijn, zoals tussen de Jood en de Arabier, de kapitalist en de aanhanger van een totalitaire staat, verdeeldheid tussen mij en een ander, tussen mijn vrouw en de man enzovoort. Waar verdeeldheid is moet conflict zijn, dat is een wetmatigheid. Het is niet mijn wetmatigheid, maar het is zo.
51:52 Denken, tijd en ruimte op het psychologische vlak zijn de bron van conflicten en verdriet. Als je dit hebt onderzocht, is het dan mogelijk, luister alsjeblieft, dat het denken besef heeft van zijn eigen plaats, namelijk in de technische wereld, en dat het geen enkele plaats heeft op psychologisch gebied? Verwerp het alsjeblieft niet, kijk er alleen maar naar. Psychologisch gezien bestaat er tijd als ik een beeld over mezelf heb en jij valt dat aan, wat een wond veroorzaakt en pijn doet. Dat is het element van tijd. Als ik nu geen beeld van mezelf heb, is het klaar. Is dat mogelijk terwijl je in deze wereld leeft, getrouwd bent en dergelijke? Dat betekent dat er psychologisch geen morgen is. Het betekent niet, zoals Dante zegt over allen die de hel betreden, dat je alle hoop laat varen - dat is het helemaal niet. Weet u wat ik zeg? Waarom hebben we hoop? Ik zeg niet dat je dat niet of wel mag hebben. Waarom hebben we hoop? Kijk wat er gebeurt. Ik hoop een groot man te zijn of wat dan ook, mijn hoop. En ik werk eraan. Het kan mislukken, meestal gebeurt dat ook. Dan word ik verbitterd, boos, gewelddadig, cynisch. En als ik gewelddadig, cynisch, verbitterd ben, draag ik bij aan de verwarring van het algehele bewustzijn, ik zet dat voort. Dus als ik hier inzicht in heb, verdwijnt het beeld helemaal.
54:57 U mag de spreker vragen: bent u een mooiprater, maar hebt u stiekem toch een beeld van uzelf? Ik weet dat u daar enorm in bent geïnteresseerd. Die vraag is al ik weet niet hoe vaak gesteld, in India, Europa en Amerika, en elke keer ben ik me ervan bewust dat het geen makkelijk antwoord is, namelijk als ik zeg: ik heb geen beeld van mezelf. Je kunt zeggen dat het onzin is of je zegt: 'Het maakt niet uit zolang ik nog steeds een beeld heb van mezelf. Het maakt niet uit of u geen beeld over uzelf hebt, wat zou dat? Het is belangrijk uit te zoeken hoe ik moet leven, niet hoe, maar of het mogelijk is om in deze verschrikkelijke, gevaarlijke, misdadige wereld te leven zonder een beeld.' Zoek dat uit. Zeg niet dat het onmogelijk is of mogelijk, maar bestudeer het beeld dat je hebt, krijg er inzicht in en beëindig het onmiddellijk.
56:52 We hebben maar drie vragen beantwoord. Mijn hemel.
56:58 Vierde vraag: hoe maak je een duidelijk onderscheid tussen kennis die je moet behouden en kennis waar je afstand van moet doen? Op grond waarvan neem je dat besluit?
57:15 Ik zal het nog eens zorgvuldig voorlezen. Hoe maak je een duidelijk onderscheid tussen kennis die je moet behouden en kennis waar je afstand van moet doen? Op grond waarvan neem je dat besluit? Hebt u de vraag begrepen?
58:05 De vraag wordt gesteld: waar is de kennis die nodig is om een bekwame technicus, timmerman. loodgieter, of als je dat wilt, politicus te worden - ik hoop niemand van ons - en wat is het onderscheid tussen die kennis en het opslaan, luister alsjeblieft, het opslaan van persoonlijke kennis, persoonlijke kwetsingen en ambities, waarover we blijkbaar kennis hebben behouden, die daardoor schadelijk is. Dus hoe maak je een duidelijk onderscheid tussen het een en het ander? Is dat duidelijk? En hij vraagt ook: op grond waarvan neem je het besluit om het daar te behouden en hier niet?
59:38 Ziet u wat een van de elementen in deze vraag is: hoe afhankelijk we allemaal zijn van besluiten. Ik besluit om daarheen te gaan. Ik ga er niet heen. Een besluit. Waar is dat besluit op gebaseerd? Kijk er gewoon goed naar, alstublieft. Gebaseerd op wat ik heb, mijn kennis uit het verleden, plezier, pijn, herinneringen uit het verleden, die me vertellen: 'Doe dat niet meer,' of 'Doe dat.' Dat wil zeggen dat er in een besluit een wilselement zit. Nietwaar? Wil is de samengebalde, geconcentreerde vorm van verlangen. Nietwaar? Verlangen dat zegt: 'Dat moet ik doen,' maar ik noem het wil. Wil is dus de samengebalde concentratie van verlangen. We zijn op het vraagstuk van verlangen ingegaan, ik wil er nu niet op ingaan, omdat - of zal ik er op ingaan?
1:01:27 V: Nee.

K: Nee, goddank.
1:01:38 V: Waarom zitten we hier?
1:01:41 K: Ik weet niet waarom u hier zit, meneer, maar we hebben het over besluiten. We zeggen dat er een belangrijk element in het besluiten zit: de wil. En volgens die traditie zijn we geconditioneerd. Ik zet daar vraagtekens bij, de spreker zet vraagtekens bij die handeling. Begrijpt u? Want de wil is een factor die verdeeldheid zaait, een verdelende factor: ik wil dit doen en mijn vrouw zegt: 'Dat wil ik niet.' Nietwaar? Dus de wil is in wezen verlangen en bevat het element van verdeeldheid, ik en niet-ik, enzovoort. Ik moet slagen en zo.
1:02:55 Is er dus een manier van leven, luister hier alsjeblieft naar, waarin de wil helemaal niet werkzaam is? Nietwaar? Een manier van leven waarin geen conflict is en conflict bestaat zolang ik gebruik maak van mijn wil. Ik vraag me af of u dat begrijpt. Is het duidelijk? Laten we nu uitzoeken of dat mogelijk is.
1:03:35 De vraag wordt gesteld: hoe maak je een onderscheid tussen de factor van verzamelde kennis die nodig is om vaardig te handelen en de factor in de psyche die niet opslaat? Begrijpt u? Dat ik mijn kwetsingen, beledigingen, vleierij, gekleineerd worden en dergelijke, helemaal niet opsla. Hoe maak je het onderscheid tussen die twee? Je maakt geen onderscheid. Zodra je onderscheid maakt, heb je een scheiding aangebracht en daardoor ga je conflict teweegbrengen tussen kennis en het niet opslaan en vervolgens vraag je: 'Hoe kan ik iets niet opslaan?' Ik word beledigd, de spreker zelf is beledigd door professionals, dus sluit je alsjeblieft niet bij hen aan. Hoe kun je een belediging of vleierij, dat is hetzelfde, niet opslaan? Het zijn twee kanten van dezelfde medaille, begrijpt u? Vleierij en belediging. U beledigt mij en mijn brein slaat dat meteen op. Ik word gekwetst. Op technologisch gebied moet ik dingen opslaan, maar waarom zou ik op dit gebied opslaan? U beledigt me, oké. Waarom zou ik die belediging dag in dag uit met me meenemen en als ik je tegenkom zeggen: 'Je hebt me beledigd.' En vanwege die belediging neem ik wraak. Is het nu mogelijk om psychologische zaken helemaal niet op te slaan? Begrijpt u? Begrijpt u mijn vraag? Mijn vrouw, als ik een vrouw heb, maar goddank is dat niet zo, zegt iets gemeens als ik thuiskom van kantoor, omdat ze zelf een vermoeiende dag heeft gehad met drukke kinderen, dus ze zegt iets agressiefs. En onmiddellijk, omdat ik moe ben en een beetje rust in huis wil, sla ik het op. Nu stel ik mezelf de vraag: ik ben moe, ik heb gewerkt, ik kom thuis, ze zegt iets gemeens. Is het mogelijk om die gebeurtenis helemaal niet op te slaan? Anders vorm ik me een beeld van haar en zij vormt zich een beeld van mij, dus de beelden hebben een relatie, wij niet. Begrijpt u? Dat spreekt vanzelf.
1:07:26 Is het dus mogelijk om niet op te slaan? Het proces van opslaan is er om kracht en vitaliteit te geven aan het centrum dat het ik is. Nietwaar? Dat spreekt vanzelf. Is het dus mogelijk om dat niet te doen? Dat is alleen mogelijk, hoe moe je ook bent, als je aandachtig bent op het moment dat de vrouw gemeen is, of als ik dat ben. Omdat, zoals we onlangs hebben uitgelegd toen het over meditatie ging, er niets wordt opgeslagen als er aandacht is. Alleen wanneer je egocentrisch bent en egocentrisme is concentratie, is er sprake van opslaan. Nietwaar?
1:08:46 Zie dus de waarheid hiervan in. Op dit niveau heb je kennis nodig, maar op het andere heb je helemaal geen kennis nodig. Zie de waarheid ervan in, welk een vrijheid je dat geeft. Dat is werkelijke vrijheid. Als je daar inzicht in hebt, maak je geen onderscheid, neem je geen besluit. Er wordt niet opgeslagen.
1:09:23 Gaan we verder? Publiek: Ja.
1:09:27 K: Is het genoeg of niet.

P: Nee.
1:09:49 Vijfde vraag: verstandelijk begrijpen we dat de waarnemer het waargenomene is. Maar wat is er nodig om dit te zien, zodat het voorbij het niveau van het verstand gaat?
1:10:06 Verstandelijk begrijpen we dat de waarnemer het waargenomene is. Maar wat is er nodig om dit te zien, zodat het voorbij het niveau van het verstand gaat?
1:10:21 De vraag is dus wat er nodig is om verder te gaan dan de verstandelijke aanvaarding dat de waarnemer het waargenomene is? Nietwaar? Allereerst, nemen we dit aan, al is het maar met het intellect? Vraag dit uzelf af. Ziet u dit, al is het maar intellectueel, dus de woorden, de logica, en zegt u: 'Ja, zo is het, dat is logisch.' Omdat u erop bent gewezen op een objectieve, logische manier. en u zegt: 'Ja.' Is dat zo? Neemt u het aan, al is het met uw intellect? Of zijn het alleen maar een heleboel loze woorden? Maar als u het intellectueel aanneemt, wat betekent dat dan? Als u zegt: 'Verstandelijk ben ik het met u eens,' wat betekent dat dan? Het betekent helemaal niets. Het is gewoon een gemakkelijke formule in het sociale verkeer. 'Ja, je hebt gelijk, maar misschien ook niet.' Dus zelfs met ons intellect accepteren we het niet. En als we dat wel doen, is het opnieuw erg oppervlakkig en heeft het daarom geen betekenis. Maar het is een feit dat de waarnemer het waargenomene is. Dat is de waarheid. Dat wil zeggen, ik ben eenzaam met alles wat daarbij hoort ... Ik ben eenzaam, wat neerkomt op een enorm gevoel van isolement, omdat ik geen relatie heb met wat dan ook. Ik word helemaal opgeslokt door angst, in die zin dat ik me nergens mee verbonden voel. Dat bedrukt me heel erg. Mijn instinctieve reactie is om ervoor weg te lopen, het te onderdrukken, uitgaan en mensen ontmoeten, voetbal, religie en dergelijke. Maar door voor het feit weg te lopen ontstaat er verdeeldheid. Ik ben eenzaam, ik mag niet eenzaam zijn. Het ontsnappen aan 'wat is' veroorzaakt niet alleen conflict omdat het verdeeldheid schept, maar het helpt me niet om datgene wat we eenzaamheid noemen te begrijpen. Nietwaar?
1:14:24 Staat eenzaamheid los van mij? Als ik zeg: 'Mijn god, ik ben eenzaam,' is dat gevoel van wanhopige, benauwende angst voor eenzaamheid dan iets wat losstaat van mij? Of ben ík dat? Nietwaar? Begrijpt u? Mijn egocentrische activiteit, mijn ambitie, het beeld dat ik van mezelf heb en zo, dat alles heeft geleid tot dit gevoel van isolement, dat ik eenzaamheid noem. Die eenzaamheid staat niet los van mij. Als die los van mij staat, kan ik er iets aan doen, ervoor weglopen, het onderdrukken enzovoort. Maar als ik het ben - begrijp dat alstublieft - als ik het ben in die toestand van eenzaamheid, wat kun je dan doen? Begrijpt u mijn vraag? Ik ben eenzaam, u weet wel, het gevoel van eenzaamheid. Je bent misschien getrouwd, hebt kinderen en zo, maar je bent in wezen vreselijk eenzaam. Als die eenzaamheid losstaat van mij, ben ik in conflict met die eenzaamheid. Nietwaar? Ik vecht ertegen, probeer het op te vullen met kennis, met allerlei prikkels, met dit of dat, maar als ik dat ben, kan ik er niets aan doen. Begrijpt u? Blijft daar even bij stilstaan.
1:16:39 Eerst was ik gewend om er iets aan te doen. Nu besef ik dat ik dat ben. Omdat ik er niets aan kan doen, komt er een eind aan het conflict, maar die toestand blijft zo.
1:17:05 Nietwaar?
1:17:07 V: Ja
1:17:09 K: Ik kan er niets aan doen, dus het is er. Kan ik dus - luister alsjeblieft - kan mijn denken er volledig bij blijven, er niet voor weglopen, bij die eenzaamheid blijven met alle bevreesdheid, angst, het hele complex van die eenzaamheid, maar er volledig zonder enige beweging naar kijken? Wanneer je ernaar kijkt, als je er als waarnemer een blik op werpt, ontstaat er weer een probleem. Maar het is een feit dat jij die eenzaamheid bent, dus we moeten er zonder de waarnemer naar kijken, als een geheel. Als je dat ten volle doet, verdwijnt eenzaamheid volledig en komt nooit meer terug. Oké, ik heb vijf vragen beantwoord, dat is genoeg.