Krishnamurti Subtitles home


SA81Q3 - Derde vraag-en-antwoord bijeenkomst
Saanen, Zwitserland
31 juli 1981



0:22 Krishnamurti: Dit is de laatste vraag- en antwoordbijeenkomst. We zullen elkaar waarschijnlijk volgend jaar weer zien.
0:48 Ik vraag me altijd af waarom er vragen worden gesteld. Is het uit nieuwsgierigheid of om me te stimuleren, een lastige vraag die de spreker stimuleert om iets nieuws te vertellen, of zijn het vragen die worden gesteld door een serieus persoon met een serieus probleem. Als het een serieus probleem in iemands leven is, zijn zulke vragen van belang en hebben ze vitaliteit, en zulke vragen kunnen waarachtig en grondig beantwoord worden. Uit de vragen die zijn gesteld heb ik er vanmorgen een paar uitgekozen, of eigenlijk gisteravond. Alles bij elkaar zijn er veel te veel vragen, waarschijnlijk meer dan 150, en het is onmogelijk om al die vragen te beantwoorden. We hebben vragen gekozen die waarschijnlijk van toepassing zijn op alle andere vragen, niet uit voorkeur of omdat ze makkelijk te beantwoorden waren, maar we hebben deze uitgekozen. Ik hoop dat u me vergeeft dat ik niet alle vragen beantwoord.
2:58 Vraagsteller: Neem me niet kwalijk dat ik u stoor, ik hoop dat ik u niet te erg stoor. Ik voel zo'n afstand tot u. Ik weet dat u heeft gezegd dat u geen meester wilt zijn, geen goeroe, maar ik heb toch het gevoel dat u dat bent. U zit daar en wij zitten zo ver van u vandaan. Ik vraag me af of het anders kan. Dat is mijn enige vraag.
3:24 K: Dat ik op een podium zit, geeft me geen autoriteit. Dat ik op een podium zit, iets hoger, is alleen voor het gemak, zodat jullie de spreker kunnen zien en de spreker jullie. De hele kwestie van gezag, een goeroe, hebben we al zo vaak behandeld. Misschien moeten we dat opnieuw doen. Er komt straks een vraag over goeroes. Is het goed als we daarop wachten?
4:24 Eerste vraag: Als twee mensen een relatie vol conflicten en pijn hebben, kunnen ze dat dan oplossen of moet er een eind aan de relatie komen? Is het voor een goede relatie niet nodig dat ze beiden veranderen?
4:50 Als twee mensen een relatie vol conflicten en pijn hebben, kunnen ze dat dan oplossen of moet er een eind aan de relatie komen? Is het voor een goede relatie niet nodig dat ze beiden veranderen?
5:10 Ik hoop dat de vraag duidelijk is. Wat is in een relatie de oorzaak van pijn, conflicten en alle problemen die in een relatie ontstaan? Wat ligt eraan ten grondslag? Bij het beantwoorden van deze vraag denken we samen, niet dat ik het antwoord geef en dat je het aanhoort, het accepteert of verwerpt, maar samen onderzoeken we deze vraag. Dit is een vraag die alle mensen aangaat, of ze nu in het Oosten leven, hier, Europa of Amerika. Dit is een probleem dat de meeste mensen werkelijk aangaat. Blijkbaar kunnen twee mensen, man en vrouw, niet samenwonen zonder conflict, zonder pijn, zonder een gevoel van ongelijkheid, zonder dat gevoel dat ze geen diepe verbintenis met elkaar hebben. Je vraagt je af waarom. Er kunnen talloze oorzaken zijn: seksueel, gebrek aan temperament, tegengestelde gevoelens over geloof of ambitie, er kunnen heel veel oorzaken zijn voor dit gebrek aan harmonie in een relatie. Maar wat is werkelijk de bron, wat is de diepe bron die conflict in ieder van ons veroorzaakt? Ik denk dat het een belangrijke vraag is om te stellen en dan niet te wachten tot iemand antwoord geeft, zoals de spreker, maar als de vraag is gesteld, het geduld hebben om te wachten, te aarzelen, zodat de vraag zelf ontkiemt, opbloeit, in beweging is. Ik weet niet of ik dat gevoel goed overbreng.
8:04 Ik vraag mezelf af waarom, als ik getrouwd ben of samenwoon met een vrouw, waarom is er dit basale conflict tussen ons? Ik kan oppervlakkige antwoorden geven, omdat zij rooms-katholiek is en ik ben protestants, of ik ben dit of dat, maar dat zijn allemaal oppervlakkige redenen. Maar ik wil uitzoeken wat de diepgewortelde, de diepe bron van dit conflict tussen twee mensen is. Ik heb de vraag gesteld en ik wacht tot het antwoord zich ontvouwt, waardoor alle kanten van de vraag aan het licht komen, want er zitten veel kanten aan de vraag en aan wat de vraag onthult. Daarvoor heb ik een beetje geduld nodig, iets afwachtends, ik moet kijken, gewaar zijn, zodat de vraag zich gaat ontvouwen. Terwijl hij zich ontvouwt, ga ik het antwoord zien. Niet dat ik een antwoord verlang, maar de vraag zelf begint zich te tonen en laat me de buitengewone complexiteit zien die zich tussen twee mensen afspeelt, tussen twee mensen die misschien op elkaar zijn gesteld, zich misschien tot elkaar aangetrokken voelen. Als ze heel jong zijn, krijgen ze een seksuele relatie enzovoort, en later, als ze ouder worden, gaan ze elkaar vervelen en ontsnappen langzamerhand aan die verveling doordat ze een ander vinden, gaan scheiden enzovoort. Maar met die ander is er hetzelfde probleem. Dus ik moet geduld hebben. Geduld, met dat woord bedoel ik dat je tijd geen kans moet geven om zijn werking te doen. Ik weet niet of je op de vraag bent ingegaan van geduld en ongeduld.
11:11 De meesten van ons zijn nogal ongeduldig. We willen onze vragen meteen beantwoord hebben of er meteen voor weglopen of er meteen iets aan doen. We zijn nogal ongeduldig en willen maar opschieten. Door dit ongeduld krijg je geen diep inzicht in het probleem, in tegenstelling tot als je geduld hebt, wat geen kwestie van tijd is, omdat ik geduldig ben wil ik geen eind maken aan het probleem, ik sla het gade, bekijk het probleem, laat het zich ontwikkelen, groter worden. Dus door geduldig te zijn begin ik de kern van het antwoord te ontdekken. Nietwaar? Laten we dat vanmorgen samen doen. We zijn geduldig, we willen niet meteen een antwoord en daarom staan onze geest en ons brein open om te kijken, om gewaar te zijn van het probleem en de complexiteit ervan. Nietwaar? We proberen - ik wil het woord 'proberen' niet gebruiken - we dringen door in het probleem waarom het lijkt alsof twee mensen nooit zonder conflict samen kunnen leven. Wat ligt er aan dit conflict ten grondslag? Wat is dit conflict als je het oppervlakkig of grondig bekijkt? En wat is mijn relatie met haar of met iemand anders? Is die oppervlakkig? Dat wil zeggen seksueel, de aantrekkingskracht, de nieuwsgierigheid, de opwinding, die allemaal oppervlakkig zijn, zintuiglijke reacties zijn oppervlakkig. Nietwaar? Ik besef dus dat deze reacties oppervlakkig zijn en zolang ik een oppervlakkig antwoord probeer te vinden, zal ik het probleem nooit diepgaand kunnen zien. Ik ben dus vrij van de oppervlakkige reacties en de problemen die oppervlakkige reacties veroorzaken en de pogingen om die problemen oppervlakkig op te lossen. Ik weet niet of je dit kunt volgen.
14:41 Ik heb dat gezien, dus ik zal geen oppervlakkig antwoord zoeken. Daarom zeg ik: wat ligt eraan ten grondslag? Is het de opvoeding? Is het dat de ene mens de ander wil overheersen? De ander wil bezitten? Dat ik zo sterk gehecht ben dat ik het niet wil laten gaan? En zie ik in dat gebondenheid, gehechtheid onvermijdelijk verdorvenheid met zich meebrengt? Volgt u dat? Verdorvenheid in die zin dat ik jaloers ben, bezorgd, angstig, alle gevolgen van gehechtheid, die je maar al te goed kent. Is dat de oorzaak? Of zit de oorzaak veel dieper? Begrijpt u? We begonnen met wat aan de oppervlakte lag, daarna de emotionele gehechtheid, emotionele, sentimentele, romantische afhankelijkheid. Als ik die opzijzet, is er dan nog een dieper probleem bij betrokken? Begrijpt u dat? We dalen af van de oppervlakte naar een steeds lager en dieper niveau, zodat we zelf kunnen ontdekken wat de oorsprong ervan is. Ik hoop dat u dit samen met mij doet.
16:49 Publiek: Ja.

K: Oké?
16:55 Hoe kan ik nu de oorzaak ervan vinden? Hoe kun je de oorzaak ervan vinden? Wilt u een antwoord, wilt u de oorsprong ervan ontdekken en spant u zich daardoor enorm in? Of u wilt het ontdekken, zodat uw geest, uw brein stil is, alleen maar kijkt. Nietwaar? Zodat die niet opgewonden is, het is geen activiteit uit verlangen, omdat je het wilt, het is alleen gadeslaan. Doen we dit samen? Alleen gadeslaan om te zien wat er ten diepste aan ten grondslag ligt, wat de diepere oorzaak is, de basis van dit conflict tussen mensen. Is het het gevoel dat we als individu apart staan? Ga er zorgvuldig op in, alstublieft. Is het een individueel concept dat ik fundamenteel gescheiden ben van de ander. Biologisch zijn we verschillend, maar is het een gevoel van diepgeworteld individueel, afzonderlijk handelen dat eraan ten grondslag ligt? Of is er een nog diepere oorzaak, een nog diepere laag, begrijpt u? Kunt u dit allemaal volgen? Doen we dit samen? Eerst de zintuiglijke reacties, de sensuele reacties, dan de emotionele, romantische, sentimentele reacties, daarna de gehechtheid met alle ontaarding. Of is er iets als het door en door geconditioneerde brein dat zegt: ik ben een individu en hij of zij is ook een individu, we zijn afzonderlijke wezens, ieder moet zich op zijn eigen manier waarmaken en daarom is het onderscheid essentieel. Is dat zo?
20:36 Is het essentieel of hebben we dat geleerd? Dat ik een individu ben en dat zij, omdat ze ook een individu is, zich op haar eigen manier moet waarmaken en ik ook. We zijn al vanaf het begin uitgegaan van twee aparte richtingen, die misschien wel parallel lopen maar elkaar nooit ontmoeten. Zoals twee treinrails, die elkaar nooit raken. En ik probeer de hele tijd bij elkaar te komen, harmonieus te leven, moeite te doen: 'O, schat, je bent geweldig' - begrijpt u? Herhalen, herhalen, maar nooit bij elkaar komen. Nietwaar?
21:41 Als dat dus de oorzaak is, en het blijkt kennelijk de oorzaak te zijn, de grondslag ervan, is dat afzonderlijke bestaan van het individu een realiteit? Of is het een illusie die gevoed wordt, gekoesterd, vastgehouden zonder dat ze enige geldigheid heeft? Als ze niet geldig is, moet ik er wel absoluut en onweerlegbaar zeker van zijn dat het een illusie is, en kan het brein zich losmaken van die illusie en beseffen dat we in psychologisch opzicht allemaal gelijk zijn. Kunt u dat volgen? Mijn bewustzijn is het bewustzijn van de rest van de mensheid. Hoewel we biologisch verschillen, is psychologisch het bewustzijn bij alle mensen gelijk. Als ik dat eenmaal besef, niet intellectueel maar grondig, in mijn hart, mijn bloed, mijn binnenste, met mijn gevoel, dan ondergaat mijn relatie met anderen een radicale verandering, nietwaar? Dat is onvermijdelijk!
23:42 Nu wordt de vraag gesteld: We zijn in conflict. Moet daar geen eind aan komen? Als we elke dag met elkaar in gevecht zijn, zoals de meeste mensen, strijd, conflict, je weet wel, de verbittering, de boosheid, de haat, de afkeer. We verdragen het zo lang mogelijk, maar dan komt er een moment dat we ermee moeten ophouden. Dat patroon kennen we maar al te goed. Steeds meer mensen die getrouwd zijn, gaan scheiden. En de vraagsteller wil weten: wat moet ik doen als ik voortdurend in conflict ben met mijn vrouw en het op de een of andere manier niet kan herstellen, moet er dan een eind aan de relatie komen? Of ik heb een fundamenteel inzicht in de oorzaak van deze onenigheid, van dit conflict, dat komt door het gevoel dat we afzonderlijke individuen zijn en ik heb gezien dat het een illusie is en daardoor volg ik niet meer de individuele koers, wat gebeurt er dan tussen mij, die dat heeft gezien en ernaar leeft, niet alleen de woorden, maar er werkelijk naar leeft, wat is dan mijn relatie met die persoon, met die vrouw die nog steeds in termen van het individu denkt? Begrijpt u mijn vraag?
26:13 Dit is erg interessant, dus ga erop in. Ik zie of zij ziet - laten we liever haar nemen - zij ziet de dwaasheid in, de absurditeit, het illusoire karakter van het individu, ze begrijpt het, voelt het en ik doe dat niet, want ik ben een man, ik ben agressiever, gedrevener en dergelijke. Wat gebeurt er dus tussen ons? Zij heeft begrepen hoe het zit en ik niet. Ze zal geen ruzie met me maken, nooit. Ze zal dat strijdperk helemaal niet betreden, maar ik oefen de hele tijd druk op haar uit, jaag haar op en probeer haar eruit te halen. Ik creëer het conflict, zij niet. Heeft u begrepen hoe de hele zaak is veranderd? Volgt u dit allemaal?

V: Ja.
27:39 K: De hele zaak is veranderd. Er zijn niet meer twee mensen die ruzie maken, er is er maar één. Kijk wat er is gebeurd. En ik, als ik tenminste sensitief ben, als ik werkelijk voor haar voel, begin ook te veranderen, omdat ze onveranderlijk blijft, begrijpt u? Ze wijkt niet van haar plaats. Kijk wat er gebeurt. Als twee onbeweeglijke dingen elkaar tegenkomen, is er conflict. Maar als de een onbeweeglijk is, de vrouw, en ik niet, geef ik natuurlijk toe aan datgene wat onbeweeglijk is. Oké? Ik vraag me af of jullie dit alles begrijpen. Het is erg simpel.
28:52 Het probleem is opgelost als je echt begrijpt wat een relatie zonder beeld is, waar we al eerder op zijn ingegaan. Door haar aanwezigheid, door haar vitale tegenwoordigheid, helpt ze me te veranderen. Dat is het antwoord. Begrijpt u?
29:31 Tweede vraag: Wilt u uitleggen wat u bedoelt met dat je het boek van je leven in een oogopslag of met een snelle blik kunt lezen?
29:42 Wilt u uitleggen wat u bedoelt met dat je het boek van je leven in een oogopslag of met een snelle blik kunt lezen?
29:56 Ik denk dat het nogal duidelijk is dat wij als mensen de geschiedenis van de mensheid bevatten. Nietwaar? In ons bevindt zich het geheel van de psychologische kennis van de mens. Nietwaar? Dat is nogal duidelijk, hoop ik. Moet ik daarop ingaan?

V: Ja.
30:27 K: Met andere woorden, de geschiedenis van de mensheid, die uit oorlogen bestaat, tranen, bloedvergieten, pijn, smart, vrolijkheid, kwellingen, zorgen, eenzaamheid, verdriet, dat hoort allemaal bij mij. Dat ben ik. Ik ben het hele verhaal. Het geschiedenisboek ben ik, niet de koningen, ook de koningen voor een deel, maar ik ben dat hele verhaal. Kan ik het boek lezen, dat ik ben. maar moet ik het bladzij voor bladzij, hoofdstuk voor hoofstuk lezen zonder een regel te missen, totdat ik bij het eind van het boek ben? Begrijpt u mijn vraag? Ik ben het verhaal van de hele mensheid, het is niet moeilijk om dat op z'n minst intellectueel te zien. Nietwaar? Zie ik intellectueel dat ik het verhaal van de hele mensheid ben: de hele mensheid lijdt, plengt tranen, lacht, er is imitatie, aanpassing, allerlei vormen van vernedering, platvloersheid, oppervlakkigheid, dat ben ik allemaal, anders zou ik de huidige politici niet kiezen. Nietwaar? Dat ben ik dus allemaal, ook de priesters en de goden die door het denken zijn uitgevonden. Dat alles ben ik. Dat boek ben ik. Moet ik het bladzij voor bladzij lezen? Of kan ik het hele boek begrijpen, in een oogopslag, met een snelle blik? Begrijpt u deze twee vragen?
33:25 Ik zeg dat het onmogelijk is om het boek bladzij voor bladzij, hoofstuk voor hoofdstuk te lezen. Dat gaat je hele leven duren, omdat je hele leven een tijdsbestek is. In die tijd voeg je er steeds meer aan toe of haal je stukje bij beetje iets weg. Maar je verzamelt steeds meer. Dus je kunt het boek nooit bladzij voor bladzij lezen. Het kan nooit uitgelezen worden. Begrijp je? Als je dat begrijpt, wat logisch en objectief is, als je beseft dat het niet bladzij voor bladzij gelezen kan worden, is er nog maar één mogelijkheid, namelijk ernaar kijken met ogen die het van het begin tot het eind in een oogopslag begrijpen. Wat houdt dat in? Wat houdt het in om naar jezelf te kijken, jij die het verhaal van de mensheid bent, storia (Italiaans) van de mensheid, om daarnaar te kijken? Begrijp je? Dat vereist opnieuw geduld. Ernaar kijken met een geduldig, stil brein, zodat het boek zich snel voor je ontvouwt.
35:26 Wacht even. Als je een kaart hebt van - dit is Zwitserland? Ja. Als je een kaart van Zwitserland hebt, met alle meren en bergen en alles, de schoonheid van het land, als je dan een speciale richting hebt, van Gstaad naar Bern, ben je alleen bezig met die route. Je kijkt niet naar de rest van de kaart. Dat wil zeggen, je hebt een bepaalde richting en als je een bepaalde richting hebt, schenk je geen aandacht aan de rest van de kaart. Begrijp dit alstublieft. Maar als je geen richting hebt, kijk je om je heen. Heeft u het begrepen? Zodra je een motief hebt die een bepaalde richting aangeeft, kijk je alleen in die bepaalde richting. Maar als je geen motief hebt en ook geen richting, dan kijk je in een oogopslag naar de hele kaart. Is dat begrepen? Kun je dit op zelfde manier doen met jezelf, boosheid, jaloezie, wreedheid, agressie, gehechtheid en dat alles? Dat is de hele kaart van jezelf en dat vereist een stil brein zonder richting. Dan zie je duidelijk het geheel. Je hoort de hele toon van die geschiedenis en je hebt die onmiddellijk begrepen, het geheel ervan. Nietwaar? Heeft u het begrepen?
37:54 Zullen we verder gaan met de volgende vraag?
38:05 Derde vraag: Sommigen van ons, waaronder ikzelf, hebben ervaren dat ze licht zien, een gevoel van eenheid met het universum, energie, het ontwaken van kundalini, innerlijke helderheid. Het duurt soms maar even of urenlang. Zijn dat geen stappen op weg naar de verlichting?
38:47 God, wat een rare mensen zijn we toch. Sommigen van ons, waaronder ikzelf, hebben ervaren dat ze licht zagen, een gevoel van eenheid met het universum, energie, het ontwaken van kundalini, innerlijke helderheid. Het duurt soms maar even of urenlang. Zijn dat geen stappen op weg naar de verlichting? Mogen we een grapje maken? Ik vraag me af of u geen problemen met uw lever hebt, als u lichtflitsen zien en dat soort dingen. Wacht even.
39:46 Sommige mensen hebben echt bepaalde waarnemingen. Ik zou het geen ervaringen noemen. Laten we eens onderzoeken wat ervaringen zijn. Wat is een ervaring? Of het is een zintuiglijke ervaring, of het zijn sensuele of psychologische ervaringen of puur fysieke ervaringen zoals pijn, kiespijn enzovoort. We hebben het hier over psychologische ervaringen. Wat bedoelen we nu met ervaring? Een voorval, een gebeurtenis die je moet herkennen, benoemen, en daardoor verschilt de ervaring van u die iets ervaart. Ik weet niet of u dit kunt volgen. Het betekent dus dat als de ervaarder iets ervaart, hij moet weten wat het is. Hij moet het kunnen herkennen, anders is het geen ervaring. Nietwaar? Ik weet niet of u dit allemaal volgt. Als hij de ervaring niet kan herkennen, bestaat die niet. Ik herken hem omdat ik de verschijnselen al eerder heb gehad, de kennis ervan. Daarom zeg ik: dat is een ervaring. Ik heb door mijn ervaring als hindoe - als ik een hindoe ben - een of andere godheid gezien, omdat mijn brein op die manier is geconditioneerd. Als je christen bent, heb je een ervaring van Jezus of wie dan ook. Dus zolang er iemand is die ervaart en losstaat van de ervaring, is wat je een nieuwe ervaring noemt in werkelijkheid een oude ervaring, die zich op een andere manier manifesteert, en je herkent haar. En je noemt dat een ervaring.
42:28 Maar een geest die volkomen helder is, zonder een zweem van het zelf, heeft geen ervaring, omdat er niets te ervaren valt, verlichting is geen toestand van ervaring, wat zo absurd is. Want, meneer, u kunt de waarheid of die allerhoogste energie niet ervaren. Je kunt niet zeggen: 'Ik heb dat bereikt.' De bewering dat je dat hebt bereikt is vol ijdelheid en arrogantie. Een geest, een brein of geest die vrij is van arrogantie, die uiterst nederig is in zijn eenvoud, waarin geen enkel zelf zit, dan zou die eeuwigheid er kunnen zijn. Maar als je zegt: 'Ik ervaar dat,' dan is het zoiets als wanneer je boosheid ervaart. Het is net zoiets als boosheid. Maar noem het geen verlichting.
44:10 En er is deze nieuwigheid, die weer uit India is meegebracht - ik wou dat ze het voor zichzelf hadden gehouden - wat ze uit India hebben meegebracht over kundalini. Waarschijnlijk hebben velen van jullie daarvan gehoord. Zo niet, vergeet het maar. Maar als je die mensen kent die erover schrijven, neem me niet kwalijk, met alle respect, maar degenen die erover praten weten er niets vanaf. Je mag zeggen: 'Welk recht heeft u om dat te beweren? Waarom zegt u dat ze het niet weten? Dat betekent dat u het wel weet.' Nietwaar? Die vraag ligt natuurlijk voor de hand. Persoonlijk wil ik niet op deze vraag ingaan, want iedereen die zegt: 'Ik weet wat het betekent,' weet het niet. Het is veel te ingewikkeld. Het idee is dit: als energie wordt misbruikt, maakt dat een eind aan de energie die de volledige bron van energie kan omvatten. Snapt u dat? Als ik mijn energie op verschillende manieren misbruik: door arrogantie, zelfzuchtige actie, wedijver, agressie, me onderdompelen in verdriet en daar eindeloos over praten of de hele tijd met het een of ander bezig zijn, verspil ik natuurlijk energie. Het is als een motor die de hele tijd aanstaat in de garage, die put zichzelf gauw uit. Maar het idee erachter is dat, als deze energie niet op welke manier dan ook wordt verspild, dat die menselijke energie, die niet door conflict wordt opgewekt, die niet door het denken wordt opgewekt, dat die energie de totale energie van het universum omvat. Dat is het idee van kundalini en dat soort zaken.
47:18 De vraagsteller wil weten of dit een proces van verlichting is. Maar - als ik daar weer met respect op mag wijzen - je kunt je niet voorbereiden op de verlichting. Het lijkt niet op het koken van een lekkere maaltijd, waarvoor je de tijd neemt, de aardappelen schilt enzovoort. Verlichting is niet iets dat je geleidelijk kunt bereiken. Het is er als je volstrekt, totaal onzelfzuchtig bent en een brein hebt dat geen zweem van conflict kent.
48:27 Vierde vraag: U nodigt uw publiek, de luisteraars uit om te twijfelen, vragen te stellen en we moeten de juiste vraag stellen, dus is het misschien de moeite waard in te gaan op wat de verkeerde vraag is en op de hele kunst van het vragen stellen?
48:45 Wat we al hebben gedaan, maar ik zal het nogmaals voorlezen. U nodigt uw luisteraars uit om te twijfelen, vragen te stellen en we moeten de juiste vraag stellen, dus is het misschien de moeite waard in te gaan of wat de verkeerde vraag is en op de hele kunst van het vragen stellen?
49:14 De spreker heeft u niet uitgenodigd om vragen te stellen, te twijfelen, sceptisch te zijn. Dat is een onderdeel van ieders eigen natuurlijke intelligentie. Het is niet de spreker die zegt: 'Laten we twijfelen.' Dat is zinloos. Maar als we niet goedgelovig willen zijn, als we vragen willen stellen, willen ontdekken, willen uitzoeken, ergens in doordringen, moet je sceptisch zijn, moet je twijfelen aan je eigen ervaringen, je eigen maatstaven, je eigen conclusies, je eigen vooroordelen. Maar dat doen we niet. We bevragen, betwijfelen wat anderen zeggen. Nietwaar? Als je vragen stelt vanuit je eigen aangeboren onderzoeksdrang, scherpzinnigheid, twijfel, is het van belang, dan heeft het vitaliteit, het zuivert het brein van zijn vooroordelen. Als ik bevooroordeeld ben en daaraan vasthoud, er nooit vraagtekens bij zet, stompt mijn brein geleidelijk af. Maar als ik vraagtekens zet bij mijn vooroordelen, mijn overtuigingen, conclusies, mijn hele idee over religieus gedrag enzovoort, wordt mijn brein lichter, helderder, actief. Op een natuurlijke manier. De spreker nodigt je dus niet uit om te twijfelen. Je moet twijfelen, dat hoort bij het leven. Alleen de goedgelovige mensen die willen vasthouden aan een verzonnen, romantisch, sentimenteel beeld, durven niet te twijfelen.
51:25 En de kunst van het vragen stellen. Weet u, er zijn drie kunsten: de kunst van het luisteren, de kunst van het zien en de kunst van het leren. Nietwaar? De kunst van het luisteren is dat je luistert zonder te interpreteren. Luisteren zonder wat wordt gezegd te vertalen, zodat het aansluit bij je welbevinden en je eigen verlangens. Niet alleen luisteren met het gehoor, maar ook luisteren naar het woord en wat er achter het woord zit en zo aandachtig luisteren dat je ook de diepere betekenis begrijpt. De kunst van het zien is waarnemen zonder het woord, de naam, de uiterlijke vorm. Dat betekent dat je waarneemt zonder enige richting, zonder enig motief, waarnemen zodat je de hele beweging van jezelf ziet. De hele beweging van de bomen, de rivieren, de heuvels - dat je die ziet. En de kunst van het leren, zoals wij dat hebben geleerd, is dat we kennis verzamelen. Dat is de kunst van het leren. Ik ken geen wiskunde, maar ik studeer erop, ik heb een hoogleraar die me dat onderwijst en geleidelijk leer ik wiskunde, zodat ik die als ingenieur of technicus kan toepassen op de hele wereld van de technologie. Nietwaar? Kan ik daarop wachten?
54:57 De kunst van het leren is om kennis over een vak te vergaren en je in dat vak te specialiseren en bekwaam te handelen. Dat is wat we leren noemen. Dat wil zeggen, kennis en informatie vergaren en daarna handelen. Het andere leren is handelen en vanuit dat handelen leren. Wat dus hetzelfde is als het vorige. Ik weet niet of je dit alles kunt volgen. Nietwaar? Ik verzamel informatie om te kunnen leven, in mijn levensonderhoud te kunnen voorzien, en ik handel er bekwaam of niet zo bekwaam. Maar het andere is handelen en van die actie leren. Dat wil zeggen dat ik door dat handelen informatie heb verzameld. Ze zijn allebei hetzelfde. Ze zijn niet verschillend, ze zijn allebei hetzelfde. Maar sommigen benadrukken het tweede, namelijk, eerst handelen en van die handeling leren. Dit wordt van stal gehaald door - ik zal daar niet op ingaan. Ze zijn allebei hetzelfde, namelijk kennis vergaren en handelen.
56:28 Is er nu een andere vorm van leren? Het is erg interessant om daarop in te gaan, dat te bevragen. We zijn bekend met het oude systeem: kennis vergaren en handelen. Is er een andere vorm van leren - ik gebruik het woord 'leren' even tussen aanhalingstekens - is er een andere vorm van 'leren' die niet gebaseerd is op vergaren? Omdat ik zie wat er gebeurt: als je kennis vergaart en bekwaam handelt, is je bekwaamheid altijd beperkt. Nietwaar? Beperkt al naar gelang de kennis die je hebt en kennis kan nooit volledig zijn en daardoor zal je handelen onvermijdelijk onvolledig zijn en conflict veroorzaken. Nietwaar? Dat is duidelijk. De vraag is nu: is er een handeling die niet gebaseerd is op kennis? Dit is een moeilijke vraag, heb het geduld om dit uit te zoeken. Is er een andere vorm van handelen die niet is gebaseerd op leren, op het vergaren van kennis? Zie wat handelen vanuit kennis betekent. Daar moet je heel duidelijk over zijn. Wordt u moe? Publiek: Nee.
58:20 K: Je moet daar heel duidelijk over zijn. Amuseren ze zich?
59:33 Laten we opnieuw beginnen. Dit moet erg duidelijk zijn: leren houdt in dat je informatie hebt en vanuit die informatie handelt. Die kennis kan nooit compleet zijn en daardoor kan het handelen nooit compleet zijn. Dus moet dat handelen wel leiden tot spijt, schuld, schuldgevoel en conflict. Nietwaar? Dat is duidelijk. Is er een ander soort handelen, die niet is gebaseerd op kennis, die weer op denken is gebaseerd. Begrijpt u? Een handelen dat niet op denken is gebaseerd, waarbij het denken de reactie is van kennis, ervaring, herinneringen die in het brein zijn opgeslagen. Handelen vanuit denken is beperkt en daardoor is er spijt, pijn, verdriet enzovoort. Is er een handelen dat niet uit het denken voortkomt? Begrijpt u de vraag? Zien we die vraag onder ogen?
1:01:09 Laten we het uitzoeken. Als je ziet wat kennis en handelen inhouden, de waarheid ervan, niet dat je het intellectueel begrijpt en accepteert, maar de waarheid ervan, moet die actie die op denken is gebaseerd onvermijdelijk conflict veroorzaken, schuldgevoel, spijt en dergelijke. Omdat het denken zelf wezenlijk, onherroepelijk beperkt is, omdat kennis beperkt is - waar die ook over gaat. Is er nu een handelen dat niet voortkomt uit het denken? Waarschijnlijk is het voor het eerst dat je dit hoort en daarom zal je hele houding er een van verzet zijn. Of je zegt misschien: 'Bewijs het maar.' Met het andere zijn we heel goed bekend, maar dit kennen we niet, dus geef ons een bewijs. Nietwaar? Ik ga het niet bewijzen. Ik handel niet in illusies. Het enige wat de spreker zegt: kijk naar die twee dingen. Kijk heel goed naar de beperkingen van een handeling die uit denken voortkomt. En betwijfel, onderzoek, verdiep je in een handeling die niet uit denken voortkomt. We weten niet wat dat betekent, zeg je, omdat ik er nooit naar gekeken heb, er nooit bij heb stilgestaan. Er komt dus iemand langs die zegt: laten we er samen naar kijken. Nietwaar? De spreker is degene die zegt: laten we er samen naar kijken.
1:03:31 Is liefde denken? Begrijpt u mijn vraag? Heeft u de vraag begrepen? Komt liefde voort uit het denken, verlangen, plezier? De spreker stelt een simpele vraag. Als je zegt: liefde maakt deel uit van het denken, maakt liefde ook deel uit van haat. Dat spreekt vanzelf. Kunnen haat en liefde tegelijkertijd bestaan? Dus het is logisch, objectief en misschien zinnig dat liefde geen verband houdt met het denken. En het denken, omdat het geen verband houdt met liefde, wat is dan de handeling uit liefde die geen verband houdt met het denken? Zitten we op één lijn?
1:05:07 Publiek: Ja.
1:05:10 K: U bent nogal mat. Zijn we door de vraag een beetje lamgeslagen? Ik ben bang van wel. Als we liefde met denken associëren, zoals we dat doen, moet liefde onherroepelijk conflict veroorzaken, dat spreekt voor zich, omdat we liefde hebben geassocieerd met verlangen, seksueel of anderszins. En ook als we plezier met liefde associëren, is dat weer de werking van het denken, waar we op in zijn gegaan en dan is liefde helemaal verbonden met het denken. Omdat het met het denken verbonden is, moet het de mensen veel last bezorgen. Dat is simpel. Nietwaar?
1:06:24 Is er dus een handelen dat niet voortkomt uit het denken. Ik zal het woord 'liefde' zelfs niet gebruiken, omdat het daardoor ingewikkelder wordt. De spreker zegt heel duidelijk, ondubbelzinnig, onherroepelijk dat er een handeling bestaat die niet voortkomt uit het denken. En hij zal dat heel duidelijk uitleggen. Als je iets helder ziet en die heldere waarneming is alleen mogelijk als het brein vrij is en niet verankerd, vrij van elk gevoel van gehechtheid - aan een geloof, aan personen, ideeën enzovoort - want dat bevrijdt het brein van zijn conditionering, zodat het met een frisse blik kan kijken. Nietwaar? Met een frisse blik kijken betekent dat er geen scheiding is tussen de waarnemer en het waargenomene. Dat hebben we zorgvuldig uitgelegd. Er is dus een handelen van het waarnemen zonder waarnemer en wat wordt waargenomen, en dus is er geen activiteit van het denken en is de handeling vrij van het denken. Dat heb ik heel zorgvuldig uitgelegd, nietwaar? Dat wil zeggen, als ik iemand zonder enig vooroordeel kan observeren, vooral in een relatie, heel helder observeren zonder alle herinneringen die je over hem of haar hebt verzameld in de afgelopen twintig, veertig of tien dagen. Dat je daar helemaal vrij van bent, een brein dat geen kwetsingen, beledigingen en dergelijke bewaart, zo'n brein is vrij om waar te nemen. Die waarneming is de werking van het hele brein, omdat er geen belemmering is. Nietwaar? Het functioneert als geheel. Een handeling die uit dat geheel voortkomt kent geen conflict. Die is geen handeling van het denken, nietwaar? Ik heb het uitgelegd, het is verder aan u.
1:09:45 De vijfde vraag luidt: Wie bent u?
1:10:01 Is dat een belangrijke vraag? Of zou je zeggen: Wie ben ik? Niet, wie bent u, maar wie ben ik? Als ik u vertel wie ik ben, wat maakt dat uit? Dat zou uit nieuwsgierigheid zijn, niet? Dat is alsof je het menu in de etalage leest, terwijl je naar binnen moet gaan om er te gaan eten. Maar alleen buiten staan en het menu lezen, zal je honger niet stillen. Het is dus echt zinloos om te vertellen wie ik ben. Om te beginnen ben ik niemand. Nietwaar? Dat is alles. Zo eenvoudig is het, ik ben niemand. Waar het om gaat is wie u bent, wat u bent. Als ze vragen wie u bent, zit in die vraag besloten dat u heel belangrijk bent en daarom ga ik u nadoen: hoe u loopt, hoe u praat, hoe u uw tanden poetst of wat u ook doet. Ik ga u nadoen, wat bij ons patroon hoort, begrijpt u? Er is de held of de man die verlicht is of de goeroe en je zegt: 'Ik ga alles nadoen wat u doet', en dat is zo absurd en dwaas, zo kinderachtig om iemand na te doen. Maar zijn we niet het resultaat van allerlei vormen van imitatie? De religies hebben gezegd - hoewel ze het woord 'imitatie' niet gebruiken - geef jezelf over, lever jezelf over, volg mij, ik ben zus, ik ben zo, vereer me. Nietwaar? Dat alles ben jij. Op school imiteer je. Kennis verwerven is een vorm van imitatie. Natuurlijk is er de mode, korte of lange jurk, kort of lang haar, baard of geen baard, allemaal imitatie. En we imiteren ook innerlijk, dus dat kennen we maar al te goed.
1:13:07 Maar om uit te zoeken wie je bent, wie jij bent, niet wie de spreker is, is veel belangrijker, en om uit te zoeken wie je bent, moet je vragen stellen. Je bent het verhaal van de mensheid. Als je dat echt ziet, geeft dat je enorm veel vitaliteit, energie, schoonheid, liefde, omdat er geen klein wezentje meer is dat zich in een hoekje van de aarde staande probeert te houden. Je maakt deel uit van de hele mensheid. Dat geeft je een enorme verantwoordelijkheid, vitaliteit, schoonheid, liefde. Maar de meesten van ons willen dat niet zien, omdat de meesten van ons zich druk maken over onszelf, over ons persoonlijke probleempje, persoonlijke verdrietje enzovoort. Uit dat beperkte cirkeltje te stappen lijkt bijna onmogelijk, omdat we zo geconditioneerd zijn, geprogrammeerd als computers, dat we niets nieuws kunnen leren. De computer kan het wel, maar wij niet. Zie hoe tragisch dat is. De machine die wij hebben ontworpen, de computer, kan veel sneller leren, oneindig veel meer dan ik, dan het brein kan, en het brein dat hem heeft uitgevonden, die computer is een superintelligente machine geworden. Nietwaar? Terwijl ons brein sloom, traag en duf is geworden, omdat we ons hebben aangepast, we hebben gehoorzaamd, gevolgd, er is de goeroe, er is de priester, er is het ritueel, begrijpt u? En als je in opstand komt, zoals de revolutionairen en de terroristen doen, is het nog steeds erg oppervlakkig, het politieke systeem veranderen, de zogeheten maatschappij, maar de maatschappij is alleen hoe mensen met elkaar omgaan. Wij hebben het over een revolutie die niet uiterlijk is, maar een psychologische revolutie, waarin er in wezen geen conformisme is. Je mag dan wel een broek aantrekken omdat je in dit land bent en in India draag je weer andere kleren, maar dat is geen conformisme, dat stelt niets voor. Maar innerlijk is er geen gevoel van conformisme. Conformisme bestaat als er vergeleken wordt. Een geest die helemaal vrij is van vergelijken, dat wil zeggen, dat je de hele geschiedenis observeert die in je ligt verankerd.
1:17:13 Ik vrees dat dit de laatste vraag moet zijn. Er zijn te veel vragen.
1:17:20 Zesde vraag: Zou u iets meer willen vertellen over tijd, meten en ruimte?
1:17:35 Ik hoop dat u niet moe bent. Publiek: Nee.
1:17:38 K: Zeg dat niet uit beleefdheid. Als u moe bent, luister dan alleen maar. Want de meesten van ons zijn moe, ons brein is uitgeput geraakt door de dagelijkse herhaling, naar kantoor gaan, uit zijn op plezier, conflicten weerstaan. Besef alstublieft dat ons brein moe is, als dat niet zo was, zat u hier niet en ik ook niet. Maar we zijn vermoeide mensen, omdat we bang zijn, er is terreur, er is gevaar op straat, financiële onzekerheid, oorlog, de atoombom, we zijn bijzonder uitgeputte mensen door drank, drugs, allerlei vormen van onmatigheid. En we gaan iets bespreken dat veel scherpzinnigheid vraagt, een grote mate van aandacht. En om daar heel diep op in te gaan, moet je ook ontspannen zijn, vrij om te kijken, erin door te dringen, hoe moe je ook bent.
1:19:39 Zou u iets meer willen vertellen over tijd, meten, ruimte en denken?
1:19:55 Het is belangrijk om dit te begrijpen, want de mens heeft altijd gevraagd, de serieuze mensen, of tijd een einde heeft, of de mens ooit vrij kan zijn van de beperkte ruimte waarin hij leeft, niet alleen fysiek. De fysieke ruimte wordt steeds kleiner door de overbevolking en de steden. We leven in een flat, een laatje dat je in en uit kunt trekken, terug kunt duwen. De fysieke ruimte wordt erg klein en dat is misschien een van de redenen dat er geweld in de wereld is, omdat we geen ruimte hebben. Daarom zijn grote steden als New York, Londen en Parijs broedplaatsen van geweld, we leven allemaal te dicht op elkaar. Dat is een van de feiten die zijn onderzocht. Ze hebben een heleboel ratten in een kleine ruimte gezet en die ratten raken volkomen in de war, ze eten hun eigen kinderen op, ze maken elkaar af, precies zoals wij dat doen, omdat ze geen fysieke ruimte hebben. Dit is dus een vraag waar we op in moeten gaan, op een heel serieuze manier, als het je interesseert.
1:22:07 Er zijn drie dingen: tijd, meten en ruimte. Wat is tijd, wat is ruimte, wat is meten? Dat gaan we onderzoeken. Tijd, meten, ruimte.
1:22:34 En zoals we zeiden hebben sommige schrijvers de vraag gesteld of er een eind aan tijd is, we bedoelen psychologische tijd, niet de chronologische tijd volgens het horloge, want je kunt niet tegenhouden dat de zon ondergaat en opkomt. Maar we hebben het over tijd als een proces van worden, van zijn, of van opklimmen, groter worden - tijd die deel uitmaakt van de evolutie, de psychologische evolutie. De biologische evolutie van de mens is bijna voltooid, dat is duidelijk. Hij zal geen derde of vierde arm meer krijgen of zoiets. We hebben het dus over psychologische tijd. Tijd in de vorm van hoop, als iets dat gisteren of vorig jaar is gebeurd. En de herinnering daaraan is tijd, de herhaling ervan is tijd. De poging om eraan te ontsnappen is tijd, om het te onderdrukken, er iets aan te doen, dat betekent tijd. En mensen vragen, niet alleen schrijvers, geleerden die dikke boeken over tijd hebben geschreven, enzovoort, en ook de oude hindoes hebben de vraag gesteld of er een eind aan tijd is, zodat er een nieuw proces kan beginnen, niet denkbeeldig, verzonnen, romantisch en dergelijke, maar dat er werkelijk een eind komt aan psychologische tijd. Nietwaar? Dat is de ene vraag.
1:25:07 En de andere gaat over meten. De hele technologische wereld is gebaseerd op meten. Als je niet kon meten zou er geen technologie zijn. Meten met een liniaal of meten met het denken enzovoort, meten. Dat meten is noodzakelijk geworden om een vliegtuig te bouwen en zelfs deze tent. En dat meten hebben de Grieken doorgegeven aan de westerse wereld. Ik heb geen Grieks gestudeerd, maar dat kun je zien. De oude Grieken hielden zich bezig met meten. Ze waren de grondleggers van de wiskunde, een deel van de wiskunde. Dus de westerse wereld heeft het meten geërfd. Meten, niet alleen op technologisch gebied, maar ook door de ene schilder met de andere te vergelijken, de ene dichter met de andere, de ene beeldhouwer, Moore, met de andere - meten. En we meten ook innerlijk. Ik ben niet zo goed als ik zou moeten zijn, het betere, het meer, zowel psychologisch als fysiek, meer geld, meer macht, meer plezier. Als ik meer geld heb, meer macht, heb ik meer plezier. Dat hoort ook bij meten. En we zijn altijd aan het vergelijken op psychologisch gebied. Hij is een groot leraar en ik ben dat niet. Ik vergelijk mezelf en uiteindelijk wil ik net zo ver komen als hij.
1:27:28 En ook ruimte. Zowel psychologisch als fysiek hebben we erg weinig ruimte. Dat zie je vooral als je in drukke steden komt en in overbevolkte landen als India, enorme menigten. Dat kunt u zich niet voorstellen. En ze wonen natuurlijk in smalle straten, in kleine huizen, fysiek. Dan wordt er natuurlijk altijd gevochten om fysieke ruimte. 'Mijn hemel, zoek een andere plek'. 'Ga niet bovenop me staan.' En ook psychologisch, in ons bewustzijn, hebben we weinig ruimte, het is overvol. Nietwaar? Het is gevuld met onze kennis, onze angsten, zorgen, wanhoop, depressies, de zoektocht naar geluk, naar verlichting, naar de kracht van kundalini, in beslag genomen, omdat je meer wilt, meer begrip, meer macht. Ik ga vasten, ik krijg meer energie als ik vast, wat fysiek nodig is - begrijpt u? - maar altijd in beslag genomen en daarom is er weinig ruimte. Als je goed kijkt, is je bewustzijn overvol en daarom is er geen ruimte. Omdat je beseft dat er geen ruimte is, ga je de ruimte van het universum onderzoeken. Dat doen de astrofysici, de buitengewone wereld van de kosmos, die in wezen ordelijk is. Kosmos betekent orde in het Grieks. De wetenschapper, wiens brein beperkt is vanwege zijn kennis, vanwege zijn conditionering in relatie met anderen, zijn drankgebruik, zijn verlangen naar meer macht, meer geld, meer status, meer bekendheid. En dat kleine brein onderzoekt iets onmetelijks en vertaalt wat hij door de telescoop ziet in wiskundige problemen.
1:30:56 De laatste vraag heb ik beantwoord, meneer.
1:31:01 Dus als je goed kijkt, zie je dat er niet het gevoel is dat de tijd psychologisch ophoudt. Er komt geen eind aan het meten. Nietwaar? We zijn altijd aan het meten, we kijken altijd naar de toekomst, een betere regering, een betere economische positie. De Verenigde Naties zullen uiteindelijk... begrijpt u. Het idee alleen al, de Verenigde Naties, wat absurd, het stamgevoel verenigen, hoe is dat mogelijk? Lach niet... Dit alles wetende vragen we of tijd en meten kunnen ophouden. Dat betekent in wezen: kan het denken ophouden? Begrijpt u? Want tijd is denken, tijd is beweging, vandaag, morgen, gisteren, tijd is beweging. En tijd is ook chronologisch, tijd is beweging. Denken is een beweging. Nietwaar? Dus denken is de beweging van tijd. Denken is tijd. En we vragen of er een eind aan tijd en denken kan komen. Of is de mens voor eeuwig gedoemd in die beweging te blijven, die de hel is? Begrijpt u? De hel, vergeet dat woord maar, het is een christelijk woord. In Azië hebben ze er hun eigen speciale woord voor. En we hebben het ook over meten. Het hoort bij meditatie, het woord meditatie betekent ook 'meten'. Ook in het Sanskriet, waar 'ma' meten betekent. Begrijpt u. Meditatie is meten, het woord, en het woord betekent in het Sanskriet ook 'meten' en we zijn geconditioneerd om te meten. Meten is: ik ben, ik zal zijn, het ideaal en het najagen van het ideaal, hoe dicht ik bij het ideaal kan komen. Ik ben gewelddadig en ik mag niet gewelddadig zijn, dat is meten. Dus meten, zowel psychologisch als fysiek, is een beweging van tijd en denken. Nietwaar? En ruimte. Omdat ons brein, ons bewustzijn overvol is, is er geen plek die niet bezet is. Ik weet niet of je dat hebt gemerkt. Misschien denk je dat er een plekje onbezet is, maar als je denkt dat het niet zo is, wordt het door die gedachte zelf in beslag genomen. Kunt u dit volgen? Als ik denk dat er in mij een gebied is, een toestand die onmetelijk is, een oneindige ruimte, waar geen tijd is, als je eraan denkt, is dat het product of de uitvinding van het denken. Daarom maakt het deel uit van denken, meten, daarom is het idee van een super, super, superego nog steeds een onderdeel van dat denken.
1:36:04 Dus dit is ons probleem, of er een eind kan komen aan tijd en denken, dus aan meten, en kan er ruimte zijn, oneindige ruimte, niet de ruimte die door het denken is verzonnen. Is dat mogelijk? Dat is alleen mogelijk als je de waarheid of onwaarheid van meten inziet, op psychologisch gebied, nadoen, aanpassen en dergelijke, als je ziet hoe absurd en onintelligent onze manier van leven is en ziet waar het denken, dat tijd is, nodig is om een taal te leren, maar waar het psychologisch misplaatst is. Als je de waarheid daarvan inziet, zal het bewustzijn, hoewel het overvol is, zich leeg gaan maken, als je dat ziet, de waarheid ervan, is er ruimte. Het gaat er niet om wat je doet om een eind aan tijd te maken, om een eind aan meten te maken door te zeggen: 'Ik moet ermee ophouden', maar als je de waarheid ervan inziet, zal dat het brein bevrijden, zal dat vrijheid aan het brein geven, omdat je dan een ruimte hebt die werkelijk onmetelijk is. En alleen dan is er het bevatten of het waarnemen, maar niet persoonlijk, van datgene wat eeuwigheid tot eeuwigheid is.
1:38:28 Hiermee wil ik eindigen.